Logistiek en bevoorrading

Een herbevoorrading kon riskant zijn. Na een verplaatsing werd indien mogelijk, ook zo snel mogelijk weer afgetankt. Dit kon door middel van jerrycans omdat een BOS-voertuig langs de voertuigen kwam. Maar dat was niet altijd mogelijk als je in een opstelling stond. Bovendien duurde het wel heel erg lang om een Leopard volledig af te tanken met cans. Ook werd er wel een BEVO-straat ingericht in combinatie met munitiebevoorrading. De gevechtstrein, bestaande uit de verzorgende elementen van het eskdronsstafpeloton, had intussen onder leiding van de eskadronsopperwachtmeester hun locatie ingenomen. 1972 Oef 'Juno Catch'. Deel Gevechtstrein: BOS en Keukenwagens DAF's 328 Een eskadronsgevechtstrein kon, afhankelijk van de opdracht, eventueel versterkt worden met bijvoorbeeld een brugleggende tank, een bergingstank, een tankauto en KMAR. De foerier haalde bij de bataljonsgoederentrein de voeding op en intussen waren de koks bezig met het in bedrijfstellen van de mobiele veldkeuken. De commandant EOG ging eventueel bij de pelotons langs als er reparaties te doen waren. Het was ook niet uitzonderlijk dat deze soms tot diep in de nacht met reparaties bezig was. Lekkende leidingen van de M113, doordat de bemanning bij het geopende motorluik op de leidingen ging staan en kapotte BAF kasten waren geen zeldzaamheid. Bij de bataljonsgoederentrein werd intussen gekookt voor de bataljonsstaf en het stafeskadron. De benodigde voorraden voor het bataljon werd dagelijks opgehaald bij de bevoorradingscompagnieën van de brigade. Iedere dag gaven de OPC ’n de bijzonderheden van hun peloton door. Dit deden zij met de zogenaamde “SPEAR” melding Deze bevatte de actuele sterkte van het peloton voor de benodigde klasse I, de benodigde klasse III en V en de overige benodigde middelen of steun van bijv. de EOG. Bovendien werd er gemeld of de wapens compleet waren. Er bleef namelijk wel eens ergens een wapen achter, dat altijd wel weer werd teruggevonden. De pelotons stonden meestal relatief ver uit elkaar in opstelling en de eskadronsstaf stond vaak kilometers verder naar achteren. Zodra de voeding door de koks bereid was werd de warme maaltijd voor maximaal 10 personen in stapelbakken voor de verschillende maaltijdcomponenten in gamellen gedaan. Deze werden tezamen met het ontbijt en lunch voor de volgende dag, extra watercans, post, kranten en reservedelen door de foerier, opgevoerd naar de opstellingen. Als de bevoorrading pas laat kon worden uitgevoerd nam de esk owi ook een of twee pelotons voor zijn rekening, afhankelijk van de posities van de pelotons. Nu zat een gecamoufleerde verkenner niet te wachten op een foerier of owi die in het donker, het liefst met zijn verlichting aan, kwam bevoorraden. Derhalve werd er soms voor gekozen om de bevoorrading centraal in het pelotonsvak plaats te laten vinden of het tirailleurvoertuig werd langs de verkenners gestuurd met de benodigde middelen. 51

53 Online Touch Logistiek en bevoorrading Home


You need flash player to view this online publication